In het politiek nieuwsoverzicht van deze week: redding Vestia lijkt definitief; Ollongren tevreden over toename harde plancapaciteit; Geen steun voor eerdere evaluatie Programma Aardgasvrije Woningen; Kamer: Vocht- en schimmelproblemen onderdeel afspraken met corporaties.
Vestia
Met de afgelopen week aangekondigde definitieve leningruil is een belangrijke stap gezet in de redding van Vestia. Met het overnemen van de leninglast door andere corporaties wordt ruimte gecreëerd voor Vestia om te investeren in de volkshuisvestelijke taak. Met de ruil worden de renteuitgaven van Vestia met € 28 miljoen per jaar verlaagd. Als onderdeel van de saneringsplannen is verder afgesproken Vestia te splitsen in drie lokale corporaties. Deze splitsing moet op 1 januari 2023 gereed zijn.
"Het verdient een groot compliment dat de sector dit initiatief heeft genomen en solidariteit heeft getoond. Dankzij de onverminderde inzet van partijen is een belangrijk resultaat behaald in de structurele oplossing van Vestia", aldus de minister. "Belangrijke mijlpalen zijn behaald in de structurele oplossing van Vestia en een periode van ruim negen jaar sanering van Vestia is definitief afgesloten. Hiermee wordt een risico in het borgingsstelsel weggenomen en verbetert het uitzicht op meer volkshuisvestelijke inzet in de gemeenten waar Vestia nu werkzaam is.
Harde plancapaciteit
Minister Ollongren is tevreden over de voortgang met betrekking tot de woningbouwproductie, zo schrijft ze in een Kamerbrief naar aanleiding van een onderzoek van ABF Research. De productie volgens het onderzoek op peil gebleven in 2020 (80.000 woningen) en er ligt een plancapaciteit van 135% van de netto bouwopgave.
In dit kader is Ollongren vooral blij met de toename van de 'harde' plancapaciteit, oftewel het aantal plannen dat daadwerkelijk in bestemmingsplannen is vastgelegd. "Gemiddeld is er 83% harde plancapaciteit voor de netto woningbouwopgave voor de korte termijn. Dit betekent dat een groot deel van de verwachte uitbreiding van de woningvoorraad voor de periode tot en met 2025 op dit moment vastligt in harde vastgestelde bestemmingsplannen", aldus de minister.
Met betrekking tot de langere termijn scoren Utrecht (25%) en Zuid-Holland (28%) het slechtst in het omzetten van zachte naar harde plannen. Op de korte termijn zal vooral Zuid-Holland een stevige tand bij moeten zetten.
Voor de periode tot 2030 ligt de bruto opgave op 892 duizend woningen. Met aftrek van de verwachte 118 duizend woningen die zullen sneuvelen door sloop of samenvoeging bedraagt in deze periode de netto uitbreiding 774.600 woningen.
Verder laat Ollongren weten meer inzicht te willen krijgen in de prijssegmenten van de nieuwe woningen. Dit inzicht is nu beperkt en wordt vooral verkregen door de voorwaarden die zijn gekoppeld aan bijvoorbeeld de woningbouwimpuls.
"Ik vind het belangrijk dat we samen een meer compleet beeld hebben van het aandeel betaalbare woningen in de plannen. Alleen op die manier weten we of we op de goede weg zitten om voldoende betaalbare woningen te realiseren. Daarom ga ik verder in gesprek met de provincies om ervoor te zorgen dat het inzicht in het aandeel betaalbare woningen in de plannen uitgebreid kan worden naar alle gemeenten", aldus de minister.
Ollongren inventariseert daarnaast wat de oorzaken zijn van de lange doorlooptijden van woningbouw en hoe knelpunten kunnen worden weggenomen. De resultaten van deze verkenning verwacht ze in het eerste kwartaal van 2022.
Programma aardgasvrij wijken
Minister Ollongren hoeft niet de evaluatie van het Programma Aardgasvrije Wijken naar voren te halen. Een motie van VVD en SP, ingediend tijdens het tweeminutendebat Klimaatakkoord gebouwde omgeving, haalde geen meerderheid. Een kleine overwinning voor minister Ollongren, die al langer een kritische Kamer tegenover zich vindt op dit punt.
Wel nam de Kamer een VVD-motie aan die oproept huiseigenaren niet te verplichten tot het nemen van hernieuwbare-energiemaatregelen bij ingrijpende renovatie. Ook deze motie had de minister ontraden, maar tevergeefs. Ook op het punt van drang in de klimaattransitie is de Kamer vaak kritisch.
Vocht en schimmel
De motie van SP en VVD om de aanpak van schimmel- en vochtproblematiek een onderdeel te maken van de prestatieafspraken tussen gemeenten en corporaties is afgelopen week aangenomen. De motie werd ingediend tijdens het tweeminutendebat Bouwregelgeving. Ook een motie van de PvdA om te komen met een plan om de funderingsproblemen in de grootste probleemgebieden aan te pakken werd aangenomen.
Het politiek nieuwsoverzicht 'Actueel in de volkshuisvesting' op het gebied van belangenbehartiging wordt door de VTW gemaakt in samenwerking met 1848.nl. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Hans Geurts, senior beleidsmedewerker Public Affairs en Communicatie: h.geurts@vtw.nl // 06 46 87 99 28
Elf dilemma's naar aanleiding van de herijkte NPA 2025 - 2035