Zorgbestuurders: toegevoegde waarde RvC blijft achter

Bestuurders in de zorg zijn tevreden over het functioneren van hun RvC. Bij nadere verdieping blijken de bestuurders over een aantal aspecten niet tevreden te zijn; de toegevoegde waarde van de raad blijft hierdoor achter. Dat blijkt uit een recent onderzoek van het Nationaal Register en de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in de Zorg (NVTZ).

Ruim 60% van de bestuurders geeft hun RvC een rapportcijfer 8 of hoger en is tevreden met de samenwerking; 37% van de bestuurders geeft een rapportcijfer van 7 of lager.
In grote lijnen geschetst zijn de bestuurders heel tevreden met een RvC die zich op afstand beweegt. Paradoxaal is het feit dat de bestuurders in hun waardering van de rollen van de RvC laten zien dat zij een raad zouden willen hebben die juist dichterbij hen staat. Bestuurders laten zich in het onderzoek namelijk kritisch uit over de invulling door de RvC van de werkgeversrol en vooral die van sparringpartner. De laatste omdat sprake lijkt te zijn van een meedenk-achterstand. De toegevoegde waarde van de RvC blijft hierdoor achter.

Meer informatie over het onderzoek en hoe deze te bestellen

Bron: Nationaal Register