Minister Spies heeft corporaties gevraagd haar te informeren over vertrekregelingen van directeur-bestuurders. Dit naar aanleiding van de in maart 2012 door de Tweede Kamer aangenomen motie Lucassen.
In een brief van 11 juni 2012 aan de Tweede Kamer schrijft de minister dat uit inventarisatie blijkt dat verschillende corporaties een vertrekregeling hebben afgesproken die soms hoger ligt dan een jaarsalaris. Spies vindt vooraf afgesproken vertrekregelingen ongewenst.
Zij verwijst naar het wetsvoorstel WNT (Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector), dat bij de eerste Kamer ligt. Dit wetsvoorstel maakt vertrekregelingen die meer bedragen dan 75.000 euro onmogelijk.
In de eigen Sectorbrede beloningscode bestuurders woningcorporaties is over de vertrekregeling het volgende bepaald:
Indien de overeenkomst met de bestuurder eindigt op initiatief van de rechtspersoon, dan wel onder omstandigheden of door handelen, dat voor rekening en risico van de rechtspersoon dient te komen, is de bestuurder gerechtigd tot een vergoeding.
De vergoeding bedraagt maximaal de som van één maal het laatstgenoten totaal vast jaarinkomen voorafgaand aan de beëindiging van het dienstverband.
Een vertrekregeling zoals hiervoor genoemd, wordt niet toegepast indien:
Indien partijen besluiten zich tot de kantonrechter te wenden om de arbeidsovereenkomst te beëindigen en/of een vergoeding toegekend te krijgen en de kantonrechter een (schade)vergoeding toekent, dan zal het bedrag van hiervoor genoemde aanspraken bij beëindiging met die (schade)vergoeding worden verrekend.