Het tweede selectiegesprek is een verdiepingsgesprek met als doel inhoudelijk de competenties [voetnoot 1] visie en gedachten te toetsen. Ook wordt meer de diepte ingegaan daar waar er nog witte plekken op twijfels zijn. Verder wordt besproken of de kandidaten het in beginsel eens zijn met de hoofdlijnen van de arbeidsvoorwaarden. De details komen later aan de orde (zie stap 16).
Het is aan te raden het gesprek gestructureerd te laten verlopen. Maak ook afspraken over de rolverdeling. Wie stelt welke thema’s aan de orde? Hoe kom je tot een gezamenlijke beoordeling?
De RvC bepaalt zelf het aantal gespreksronden. De evaluatie van de gesprekken met de kandidaten leidt tot een keuze van de kandidaat of kandidaten waarmee de RvC verder wil.
[1] Het toetsen van competenties kan via een zgn. competentiegericht interview waarin specifiek situatie-gebonden gedrag wordt bevraagd. Vaak wordt hierbij de STARR-methodiek gebruikt. Deze interviewtechniek is gedragsgericht, en vertrekt vanuit een concrete ervaring. Aan de hand van vroegere handelingen, gedragingen, acties en resultaten – en de reflectie hierover – wordt een inschatting gemaakt over toekomstig gedrag in vergelijkbare omstandigheden.
Bij de STARR-methodiek wordt steeds uitgegaan van een wel-gedefinieerde competentie, die gelinkt wordt aan bepaalde specifieke gedragsindicatoren. Daarna wordt de bevraging hierop afgestemd. De antwoorden van de kandidaat worden dan afgezet tegen de gedragsindicatoren om het competentieniveau te evalueren.
Het letterwoord STARR staat voor Situatie, Taak, Actie, Resultaat en Reflectie:
Situatie:
- Wat was de situatie precies?
- Wat waren de achtergrond en context?
- Welke gelegenheid kreeg de kandidaat om de competentie te tonen?
Taak:
- Welke specifieke taak moest uitgeoefend te worden?
- Welk doel diende bereikt te worden?
- Wat was het aandeel van de kandidaat
Actie:
- Wat deed de kandidaat precies in de gegeven situatie?
- Welke acties ondernam hij/zij?
- Hoe ondernam hij/zij deze acties?
Resultaat:
- Wat waren het resultaat en de impact ervan?
- Hoe hebben anderen dat ervaren?
Reflectie:
- Wat heeft de kandidaat hieruit geleerd?
- Hoe zou hij/zij dit in de toekomst aanpakken?