Bij zijn afscheid als VTW-voorzitter gaf Guido van Woerkom nog één keer zijn boodschap af: ruimtelijke ordening is in een klein land cruciaal. Tijdens het symposium op 20 juni in locatie KAS in Woerden dat de VTW voor hem organiseerde, gingen sprekers vanuit verschillende disciplines met commissarissen in gesprek over de toekomst van de volkshuisvesting. Verdeling van de schaarse ruimte is daarbij een heet hangijzer.
De sector staat volgens Van Woerkom op een kantelpunt: corporaties, ook commissarissen, zijn samen verantwoordelijkheid voor de maatschappelijke opgaven, van nieuwbouw tot verduurzaming. Egbert de Vries, die tijdens de Algemene Ledenvergadering als nieuwe voorzitter was benoemd, benadrukte dat het altijd over de lange termijn gaat in de volkshuisvesting. ‘We moeten nú stappen zetten, maar daarbij steeds bedenken wat de gevolgen zijn voor de jaren daarna.’
Directeur-generaal Volkshuisvesting en Wonen Chris Kuijpers van het ministerie van Binnenlandse Zaken, burgemeester Victor Molkenboer van Woerden en architect/stedenbouwkundige Gijs van den Boomen van KuiperCompagnons trapten het symposium af met hun visie op de nieuwe koers voor de volkshuisvesting en de impact voor het toezicht. ‘Verbeelden, verbinden en vertrouwen’ stond daarbij centraal in hun verhalen. De drie inleiders sloten hun bijdrage af met een prikkelende stelling.
Chris Kuijpers DG Volkshuisvesting en Wonen en Guido van Woerkom kennen elkaar al uit de tijd van de Vijfde Nota ruimtelijke ordening (2001). Onder minister Hugo de Jonge is ruimtelijke ordening terug van weggeweest, stelde Kuijpers. ‘Iedereen is het erover eens dat RO een belangrijk thema is. Totdat we keuzes moeten maken, wat wel en wat niet. Hoe verdelen we de schaarse ruimte, voor woningen, landbouw, natuur? Dat levert al snel politieke discussie op.’
Corporaties staan voor grote maatschappelijke opgaven: de tijd van ‘afknijpen’ na de parlementaire enquête is voorbij. Makkelijk is het niet: corporaties hebben ruimte nodig om te kunnen bouwen en locaties zijn er vaak niet. De gestegen bouwkosten en rente maken het nog lastiger om de ambities uit de Nationale Prestatieafspraken waar te maken. Toch vindt Kuijpers dat corporaties - met de afschaffing van de verhuurderheffing – moeten leveren. ‘Het is ingewikkeld, maar het moet. En ik vind dat commissarissen hun bestuurder daarop moeten aanspreken.’
Als de financiële continuïteit van corporaties daardoor onder de druk komt te staan, valt daar volgens Kuijpers over te praten. ‘Als je echter niet aantoonbaar levert, worden het lastige gesprekken in het Haagse,’ stelde hij. Dat de overheid waar nodig helpt om de sector financieel gezond te houden als corporaties maximaal leveren, daar hadden echter maar weinig aanwezigen in de zaal vertrouwen in. Voer voor (latere) discussie.
Burgemeester Victor Molkenboer van Woerden die in locatie KAS een thuiswedstrijd speelde, hield een pleidooi voor meer verbinden. Zo kochten corporatie GroenWest en projectontwikkelaar BAM Wonen samen het voormalige FNV kantoor op. Op deze locatie verrezen duurzame woontorens met 265 woningen. Dit project past in de herbestemming van Middelland: van bedrijventerrein naar een gebied van wonen en werken (met 2500 tot 3000 woningen). ‘We richten de openbare ruimte anders in, met plekken waar bewoners elkaar kunnen ontmoeten,’ aldus de burgemeester van Woerden.
Volgens Molkenboer komt het niet vaak voor dat een corporatie het initiatief neemt om samen met een projectontwikkelaar een plan te ontwikkelen. Zijn stelling luidde dat corporaties meer pro-actief moeten zijn in de gebiedsontwikkeling. Nagenoeg iedereen was het daarmee eens, al is de praktijk vaak anders. Molkenboer: ‘Toezichthouders zouden hun bestuurders moeten stimuleren om in te stappen, vaker samen te werken met projectontwikkelaars.’
Volgens architect/stedenbouwkundige Gijs van den Boomen van KuiperCompagnons, ooit wilde hij bioloog worden, heeft de sector verbeeldingskracht nodig. Op een dak nabij locatie KAS zag hij tijdens het symposium een meeuwenfamilie die zich doorgaans op een zandvlakte nestelt. ‘De vogels, ook burgemeesters genoemd, zien hier hun toekomst, voeren het hoogste woord. Op het dak van een kantoor. Ze maken er wat van in hun nieuwe omgeving, ze zijn flexibel, adaptief. Zo moeten we ook kijken naar de inrichting van Nederland.’
Van den Boomen noemt de ruimtelijke ordening het belangrijkste wat er bestaat. ‘Hoe geven we de ruimte die we hebben vorm? Dat gaat over de plekken waar we elkaar tegen komen, waar we gelukkig willen zijn.’
Die ruimte in Nederland is schaars. Iedereen claimt die ruimte, voor landbouw, natuur, woningbouw, infrastructuur, windmolens. Noem maar op. De klimaatverandering speelt de woningbouw bovendien parten: een heel groot deel van alle woningen is gepland op laaggelegen gebieden, een risico met de stijgende zeespiegel. ‘Dat vraagt, net als de burgemeesters op het dak van een kantoorpand, om nieuwe methodes. Hoe kunnen we in lagere delen op een andere manier bouwen, met een watersysteem, zodat we hoog en droog blijven? Die aanpak is duurder dan in Brabant op zand bouwen. Daar moeten we de discussie over voeren.’
En zo luidde zijn stelling: dat kan alleen met onwaarschijnlijke allianties (tot aan de waterschappen en Staatsbosbeheer toe). Die hebben de toekomst.
Na een korte pauze namen Guido van Woerkom, Peter Boelhouwer, hoogleraar huisvestingssystemen TU Delft en Mirthe Biemans, lid RvC Rijswijk Wonen, op het podium plaats. Tijdens het tafelgesprek discussieerden ze samen met de zaal, aan de hand van de stellingen van de drie sprekers. Dat leverde voor de aanwezige commissarissen de nodige stof tot nadenken op, onder meer over de rol van corporaties in de ruimtelijke ordening. Zo stelde Biemans dat commissarissen bij de ontwikkeling van een gebied ook moeten nadenken over de invloed van de ruimtelijke keuzes voor de toekomstige bewoners.
Volgens de commissaris van Rijkswijk Wonen moet de kennis van corporaties meer ingezet worden bij de inrichting van Nederland. ‘We hebben genoeg creatieve koppen in de sector. Bovendien zijn onze huurders de minst gehoorde mensen in Nederland,’ stelde Biemans.
Hoe kunnen corporaties ook toekomstige huurders bij nieuwe plannen betrekken? Die vraag leidde tot een levendig gesprek. Doe onderzoek: dat geeft inzicht in de wensen van toekomstige bewoners. Duitsland geeft vaker het goede voorbeeld: bewoners denken mee over de ontwikkeling van een nieuw gebied, niet alleen over de oppervlakte van hun nieuwe woning. ‘Wat willen we als gemeenschap? Dat is de centrale vraag.’
Volgens Van Woerkom moeten corporaties meer verbeeldingskracht in huis halen. Zij zijn de stabiele factor in de wijk en kunnen wijken en buurten een impuls geven. Kijk naar Amsterdam Noord – met het Eye Museum - waar Ymere actief is. Daarvoor zijn wel goede mensen nodig die de juiste kennis (over gebiedsontwikkeling) hebben. Die kennis is volgens Van Woerkom grotendeels verloren gegaan. Moet elke (grote) corporatie weer een eigen ontwikkelafdeling hebben? Daarover liepen de meningen uiteen. Nee, vond Boelhouwer, focus op goed opdrachtgeverschap. ‘En begin altijd eerst met luisteren naar de bewoners.’
Volgens Van Woerkom moeten corporaties echter niet te afhankelijk zijn van externe kennis. ‘Kijk naar de IT. Als je zelf geen kennis hebt, en alles uit moet besteden, loop het op een ramp uit.’
Hoogleraar Boelhouwer reageerde op de stelling van DG Chris Kuijpers. Volgens hem is het niet relevant of corporaties op termijn op steun van de overheid kunnen vertrouwen. ‘Corporaties moeten nú aan de slag. Ze moeten investeren in nieuwe woningen en verduurzaming. We hebben zoveel in te halen.’ Volgens Van Woerkom moet de sector moed tonen, maar oppassen voor overmoed. Uit ervaring weet hij dat de sector op de lange termijn niet op de overheid moet rekenen. ‘We moeten het zelf doen. We kunnen het nu hebben over wel of geen steun op termijn. Of we daar wel of geen vertrouwen in hebben. Maar de wereld ziet er straks weer heel anders uit. We moeten nú samen aan de slag, de slimme dingen doen.’
Architect/stedenbouwkundige Van den Boomen had tot slot nog een boodschap aan alle aanwezigen. ‘Pak je rol als corporatie. Jullie zetten je in voor de kwetsbare huurders in de wijk. Daarmee zijn jullie het geweten van de stad.’
Tijdens het diner tussen de ALV en het symposium namen de leden en collega’s uit de sector op een informele manier afscheid van VTW-voorzitter Guido van Woerkom. Na afloop van het symposium bedankte vice-voorzitter Wouter de Jong hem in een persoonlijk verhaal nadrukkelijk voor zijn inzet voor de VTW en de sector.
Bekijk de presentatie van Gijs van den Boomen en de video Land met een plan
Lees ook het bericht: Egbert de Vries nieuwe voorzitter VTW.
Klik hier voor de video sfeerimpressie van deze bijeenkomst.
Tekst: Lisette Vos