Toezicht in de praktijk casus 2: 'Leugentje om bestwil'

Over de rubriek Toezicht in de praktijk:

In deze rubriek wordt elke maand een casus gepresenteerd en in de behandeling een aantal oplossingsrichtingen aangegeven. Het is natuurlijk maar een beperkt beeld van de werkelijkheid en altijd ontbreken min of meer belangrijke aspecten. Maar dat is altijd zo en het is nu juist aan de commissarissen om daar op door te vragen. De behandelaars van deze casus hebben niet de pretentie de enige oplossing te hebben gegeven.

Casus 2: Leugentje om bestwil

U bent voorzitter van de auditcommissie en de voorzitter van de RvC is lid van de commissie. Integriteit staat bij u hoog in het vaandel. U publiceert er regelmatig over. Overmorgen staat een vergadering van de auditcommissie gepland, waarbij ook de directeur-bestuurder, de controller en de extern accountant aanwezig zijn.

De RvC-voorzitter belt u op en zegt verhinderd te zijn aangezien hij naar een ernstig ziek familielid in Londen moet. Vanzelfsprekend heeft u daar alle begrip voor. Betreffend commissielid is van huis uit registeraccountant en u wilt eigenlijk niet zonder hem vergaderen. Met veel inspanning en gemor wordt de vergadering uitgesteld.

Mooi toeval is dat u twee kaartjes aangeboden krijgt voor een theatervoorstelling precies op de bewuste avond. En…wie loopt u tegen het lijf…de voorzitter van de RvC. U spreekt hem er direct, vriendelijk doch beslist, op aan en hij reageert luchtig met de mededeling, “ach joh, leugentje om bestwil”.

Wat gaat u doen?
Pijnlijke kwestie. Maar dit kunt u niet laten lopen. De vragen die oprijzen zijn: moet u de andere commissarissen hierover informeren, moet de bestuurder hierbij worden betrokken en wellicht moet zelfs de ultieme vraag worden gesteld of de voorzitter kan aanblijven. Om te beginnen is de eerste reactie “leugentje om bestwil” dubieus. Welke leugentjes om bestwil heeft de voozitter nog meer verkocht en in dit geval bagatelliseert hij een toch wel heel serieuze kwestie met een buitengewoon verwerpelijke smoes.

Vertrouwen binnen een boardroomteam (tussen de commissarissenis én de bestuurder(s)) is een cruciale voorwaarde voor succesvol opereren. Daarom is het ongewenst om dit onbesproken te laten en ook niet verstandig om de bestuurder er buiten te laten. Welke consequenties dit moet hebben hangt af van de reacties van betrokkenen, de situatie en de mogelijke schade die de maatregel voor de organisatie met zich meebrengt. Doorgaan of er niets gebeurt is, is in ieder geval geen optie. En ‘noblesse oblige’, maar dat integriteit uw stokpaardje is, zou geen rol mogen spelen.

De redactie van “Toezicht in de praktijk” is benieuwd naar de reactie van lezers. Stuur uw reactie naar bureau@vtw.nl


Terug