Samenwerken in schuldhulpverlening waardevol voor iedereenIn januari 2023 tekenden Tiwos en gemeente Tilburg het modelconvenant voor schuldhulpverlening. Voornamelijk als signaal aan de sector, want in Tilburg werken ze al 20 jaar lang nauw samen in schuldhulpverlening volgens een lokaal convenant. Het dringt huurachterstanden terug, zo blijkt uit cijfers van Tiwos. Het doel van de afspraken uit het convenant is om mensen met huurachterstanden sneller te helpen. Hoe werken corporatie en gemeente daarbij samen? Wendy de Waal, consulent huur en betalingen bij Tiwos, legt uit dat de corporatie eerst in contact probeert te komen met de huurder, wanneer er een betalingsachterstand is. ‘Het doel is dat huren betaald worden, maar als dat niet kan, wat zit er dan achter? In het convenant staat onder meer dat beide partijen zich inzetten voor vroegsignalering, maar ook dat we onze huurders wijzen op de mogelijkheden wanneer de schulden groter zijn. Onze eigen budgetcoach is daar heel alert op en zorgt voor een warme overdracht naar schuldhulpverlening, als dat nodig is. De lijntjes zijn kort, we kennen elkaar goed.’ 'Door de afspraken uit het convenant kunnen we direct aan de slag en is er snel duidelijkheid voor de huurder' zegt Wendy de Waal, consulent huur en betalingen Tiwos. Minder huurachterstandenDe duidelijke afspraken tussen gemeente en corporatie zorgen ook voor efficiëntie, is De Waals ervaring. Minnelijke schuldhulpverlening, zoals het convenant het noemt, betekent alles wat je onderling probeert te regelen met elkaar, zonder dat er een rechter aan te pas hoeft te komen. ‘Want dat betekent altijd meer kosten. Door deze afspraken kunnen we direct aan de slag en is er snel duidelijkheid voor de huurder.’ Ze ziet bovendien de huurachterstanden dalen. Tiwos verhuurt ruim 8.000 wooneenheden. In 2017 had 1,22% van de huurders een betalingsachterstand, in 2021 was het 0,74% en afgelopen jaar 0,75%. ‘We hielden ons hart vast in coronatijd en rond de energiecrisis. Hoewel er een lichte stijging is geweest, valt het mee. Het lijken misschien cijfers, maar het gaat om mensen.’ Rust voor de huurderDe samenwerking helpt de mensen die de huurachterstand hebben inderdaad, ervaart Marlies van Geel. Zij is als preventiemedewerkster bij gemeente Tilburg al sinds het begin, 20 jaar geleden, betrokken bij de samenwerking. ‘Uitgangspunt is dat nieuwe huurbedragen worden betaald en dat de huurder vervolgens tijd krijgt om tot een oplossing te komen voor de schulden. Dat brengt direct rust.’ De gemeente wil het beste voor schuldeiser en schuldenaar, legt ze uit. ‘Daar is het convenant een voortvloeisel uit. We willen dat de huurder aangehaakt blijft bij de schuldhulpverlening doordat er niet steeds een deurwaarder op de stoep staat. Tegelijkertijd leren we mensen dat huur betaald moet worden en dat een gezonde financiële huishouding nodig is.’ Samen oplossingen zoekenHoe werkt het als een corporatie en gemeente aan de slag willen met het convenant? De Waal: ‘Kijk goed hoe je het proces intern geregeld hebt en hoe dat afwijkt van het convenant. Bespreek dat samen met je schuldhulpverleningspartner. Voor ons waren dat geen lastige gesprekken, het levert je vooral iets op.’ De handtekening onder het convenant kan vervolgens eenvoudig via een online portaal worden gezet. ‘Het is uiteindelijk niet meer dan een stukje papier met afspraken’, zegt Van Geel. ‘Het is vooral belangrijk dat de uitvoerend medewerkers ervan doordrongen zijn dat het gaat om de manier waarop je samenwerkt. Het is de bedoeling dat je samen je best doet om tot een oplossing te komen voor de huurder. Ik hoop dat alle schuldhulpverleningspartners en corporaties zo willen gaan werken, want het is een win-win situatie voor alle partijen.’ Modelconvenant SchuldhulpverleningAfspraken rond snellere hulp bij huurachterstanden zijn vastgelegd in een modelconvenant voor woningcorporaties, opgesteld door Aedes en de vereniging voor schuldhulpverlening NVVK. Het modelconvenant is helemaal toegesneden op woningcorporaties en het feit dat ze vrijwel allemaal lokaal en soms regionaal opereren. Bron: website Aedes.nl |