De kracht van intervisie voor toezichthouders
Intervisie is een vorm van collegiaal consult, waarbij de deelnemers hun vraagstukken met elkaar bespreken. Het doel van intervisie is om degene die een casus inbrengt breder te laten kijken naar het eigen vraagstuk en naar eigen gedrag. We kijken allemaal door onze eigen bril naar de wereld om ons heen kijken en ook naar onszelf. De kracht van intervisie is een goed beeld te krijgen over de eigen bril en in staat is om ook van bril te wisselen. Een andere belangrijke kracht van intervisie is de aanspreekbaarheid op eigen gedrag. De deelnemers leren om respectvol het getoonde gedrag bespreekbaar te maken.
Parallellen met toezicht houden Er zijn een aantal parallellen te trekken tussen toezicht houden en intervisie. Bij zowel toezicht als bij intervisie gaat de (zelf)reflectie en de ander te versterken. Dit doen we door het stellen van goede vragen en door gedrag concreet bespreekbaar te maken. Je eigen mening is van ondergeschikt belang. Om onze eigen mening uit te stellen is soms lastig, omdat onze geest zo in elkaar zit dat we al heel snel een mening vormen. Het oefenen bij intervisie, wat toezichthouders enorm versterkt, is te zorgen dat de eigen mening niet dominant wordt. Het is maar een mening en er zijn nog zoveel andere meningen. Het gaat immers om het versterken van de ander.
Open en helpende vragen Het stellen van open en helpende vragen is een leerproces, omdat vaak al in een vraag een mening opgesloten zit. Bij intervisie leren we zo lang mogelijk onze eigen mening niet dominant te laten zijn, maar met een open houding de ander te horen en te zien.
Gedrag bespreekbaar maken Het bespreekbaar maken van het gedrag van de ander is binnen het kader van het professioneel functioneren in een RvC belangrijk, maar wij vinden dat doorgaans lastig. Hoe vaak laten we het bespreekbaar maken op zijn beloop, om de ander niet te confronteren of de goede sfeer te bewaren. Marilieke Engbers spreekt in dit kader over het bewaken van de sociale cohesie. Bij intervisie geven we expliciet aan dat degene die de casus inbrengt veel inzicht krijgt in eigen gedrag en hoe dat gedrag bij de ander overkomt. Immers, we kennen wel onze eigen intentie maar we zien ons gedrag niet. Voor alle deelnemers is het respectvol bespreekbaar maken van gedrag van de ander een eyeopener. En een les om in de praktijk van het professioneel toezicht toe te passen, omdat men erachter komt dat het bespreekbaar maken van gedrag zoveel inzichten oplevert.
Enkele voorbeelden van casussen Casus 1 Een commissaris geeft aan dat hij moeite heeft met het optreden van de voorzitter. Hij vindt dat de voorzitter weinig op de relatie let, waardoor het onderlinge vertrouwen en in relatie met het bestuur wordt geschaad. Tijdens de intervisie wordt geëxploreerd welke acties de commissaris kan ondernemen zonder in de valkuil te stappen dat hij de ‘redder in de nood’ gaat worden.
Casus 2 Een commissaris wordt benoemd op basis van zijn kwaliteiten, die nauwelijks worden benut zodra hij in de raad zit. Daar zit hij mee. Tijdens de intervisie gaan we na of er bij zijn mogelijke belemmeringen spelen om zijn kwaliteiten te laten zien. Vervolgens gaan we in op de condities die voor hem nodig zijn om goed uit de verf te kunnen komen. En hoe hij met zijn medecommissarissen een en ander bespreekbaar kan maken.
Casus 3 Een voorzitter brengt in dat een nieuwe bestuurder een lang zittende bestuurder opvolgt. Tijdens de intervisie worden de verantwoordelijkheden van de raad verkend om een goede opvang en begeleiding van de nieuwe bestuurder te garanderen. De voorzitter staat stil bij het nieuwe gedrag dat van de raad wordt gevraagd, vanwege een te verwachten heel nieuwe samenwerkingsdynamiek. En hoe zij daar in haar rol (bege)leiding aan kan geven. Ivone Bergsma en Martijn de Loor Intervisiecoaches namens de VTW U kunt zich aanmelden via deze link voor de intervisiegroepen.
Terug
|