Het eerder aangekondigde wetsvoorstel Intrekking verhuurderheffing is door minister De Jonge naar de Tweede Kamer gestuurd. Na kritiek van de Afdeling advisering van de Raad van State is de consultatieversie in twee delen gesplitst: de intrekking van de verhuurderheffing en de maximering van de huurprijsverhoging voor geliberaliseerde huurovereenkomsten in verband met de huidige hoge inflatie worden als twee aparte wetsvoorstellen ingediend.
De afschaffing van de verhuurderheffing was al lange tijd een vurige wens van corporaties en een groot deel van de Tweede Kamer. In de Nationale prestatieafspraken (30 juni 2022) staat: 'Het realiseren van de ambitieuze doelen uit deze afspraken is mogelijk doordat de investeringsruimte van corporaties komende jaren groeit door het afschaffen van de verhuurderheffing per 1 januari 2023 en doordat woningcorporaties hun investeringen en maatregelen versnellen.'
De minister heeft het wetsvoorstel aangepast na de kritiek van de Raad van State: 'Raad van State: splits wetsvoorstel afschaffing verhuurderheffing'
De Tweede Kamer gaat het wetsvoorstel Intrekking verhuurderheffing binnenkort behandelen, zodat het - na akkoord door de Eerste Kamer - per 1 januari 2023 in werking kan treden.