Toezicht in de praktijk: de rol van de RvC - casus 12: Binnen de regels?… of toch een conflict of interest?RvC-voorzitter Jan Vreugdevol wordt door de bestuurder van zijn corporatie gebeld dat zij een delicate kwestie met hem wil bespreken. En liever fysiek dan telefonisch, voegt zij eraan toe. Jan is verbaasd dat zij niet bereid is een tipje van de sluier op te lichten en zegt haar daarom snel te willen spreken. Gelukkig kunnen beiden nog dezelfde dag. Bestuurder Ankie Maas vertelt dat een beleidsmedewerker haar heeft geïnformeerd over het feit dat één van de commissarissen een relatie onderhoudt met een wethouder van de gemeente waar de corporatie actief is. De medewerker hoorde dit tijdens de ambtelijke voorbespreking over het prestatiecontract. De ambtenaren maakten daar grappen over en waren verbaasd dat de corporatiemedewerker dit niet wist en meldden dat de relatie al enige jaren aan de gang was. Betreffende commissaris – Peter Oomen - is vorig jaar voorgedragen door de huurdersorganisatie en vervolgens benoemd. Zowel de bestuurder als de voorzitter van de Raad waren van die relatie niet op de hoogte en tijdens de sollicitatiegesprekken is het niet ter sprake gekomen, terwijl toch expliciet gevraagd is naar mogelijke belangenverstrengelingen. Jan Vreugdevol geeft aan dat hij op korte termijn een gesprek met Peter Oomen zal voeren en de resultaten zal terugkoppelen aan de bestuurder en de overige leden van de RvC. Gesprek Extra vergadering Kort voor deze vergadering ontvangt de RvC een brief van de huurdersorganisatie. Die vindt dat Peter niet hoeft af te treden, omdat er in de afgelopen periode niets onordentelijks is gebeurd, de relatie inmiddels beëindigd is en de wethouder niet eens over wonen gaat. Bovendien stelt de huurdersorganisatie dat hun kandidaat zomaar zonder hun toestemming ontslagen kan worden. Wat valt er allemaal over te zeggen? De huurdersorganisatie zit er echt naast met de impliciete bewering dat zij een vertrek kunnen tegenhouden. De huurdersorganisatie draagt weliswaar voor, wat iets anders is dan benoemen en ontslaan. Wel is goed overleg over zo’n kwestie natuurlijk van het hoogste belang. De voorzitter is wellicht wat voorbarig met zijn dreigement om Oomen te ontslaan. Sinds de herziene Woningwet (2015) kan de meerderheid van een RvC een lid wel schorsen, maar kan alleen de Ondernemingskamer dit omzetten in ontslag. Ook doet hij er goed aan in de vergadering niet onmiddellijk de toon te zetten met een al te uitgesproken mening. Meestal leidt dat niet tot een evenwichtig en gedragen besluit. Dat geldt overigens voor meerdere situaties. De stelling van Oomen dat een relatie met een wethouder in geen enkele wet of regel staat klinkt als “alles wat niet verboden is, is toegestaan”. Zeker over het onderwerp conflict of interest moet je vooral je eigen opvattingen hebben en dat die binnen regels moeten passen is nogal logisch. Hoe het verder ging In de slotfase stelt Oomen nog dat hij vindt dat vertrouwen moet groeien en dat hij nog maar net is begonnen en graag zijn expertise wil inbrengen. Natuurlijk moet vertrouwen groeien. Vaak weet je niet gelijk wat je aan een nieuwe collega hebt en moet het vertrouwen groeien door aan de relatie te werken. Dat is wat anders dan vertrouwen beschamen wat hier voor het gevoel van de anderen aan de orde was. Mooi die grote deskundigheid, maar integriteit is toch een competentie niet onderhandelbaar is. In deze casus koos Oomen eieren voor zijn geld en trok zich terug. Dat voorkwam een pijnlijk traject. Koos Parie en Gerard Erents Dit is de 12e casus in een nieuwe reeks 'Toezicht in de praktijk' over governance in de volkshuisvesting en de rol van de RvC. Dit is tevens de laatste casus die besproken wordt. De reeks 'Toezicht in de pratijk' komt hiermee ten einde. De VTW is Koos Parie en De VTW heeft reeds drie handreikingen gepubliceerd waarin eerdere casussen zijn besproken. U vindt deze op: https://www.vtw.nl/publicaties/ In februari 2022 komt de vierde en laatste handreiking Toezicht in de praktijk uit. Met ingang van 2022 verzorgt Koos Parie periodiek een column voor de VTW waarin hij put uit zijn jarenlange ervaring als (interim)bestuurder en commissaris in de volkshuisvesting. |