‘We gaan een gevaarlijke fase in’ - Kees van Nieuwamerongen geeft waarschuwing in interview af bij afscheid van Aw

Directeur Kees van Nieuwamerongen van de Autoriteit woningcorporaties die na vijf jaar de overstap maakt naar de Belastingdienst stelt dat het toezicht – intern en extern - in de sector op orde is. In zijn laatste brief aan demissionair minister Ollongren van BZK geeft hij wel een waarschuwing af. ‘We gaan een gevaarlijke fase in.’

Tekst: Lisette Vos

Een klein half jaar na de oprichting van de Autoriteit woningcorporaties, als onderdeel van de Woningwet 2015, trad Kees van Nieuwamerongen als directeur aan. Vijf jaar later, vlak voor zijn vertrek, maakt hij de balans op over de relatie tussen intern en extern toezicht. De Aw is geen strenge waakhond, stelt hij. ‘Het intern toezicht heeft zich sterk ontwikkeld, daardoor kunnen wij als extern toezichthouder een stap terug doen. Al is het niet altijd pais en vree, we staan niet tegenover elkaar.’

Uit de pas lopen
Bij zijn aantreden had Van Nieuwamerongen als doel om het extern toezicht overbodig te maken, maar zover wil hij nu niet gaan. ‘Het gaat goed in de sector, maar als je het extern toezicht afschaalt, loop je het risico dat corporaties uit de pas gaan lopen. Dat is geen wantrouwen naar het intern toezicht, zeker niet, maar ik wil een waarschuwing afgeven. De positie van de onafhankelijk extern toezichthouder staat onder druk.’

 Kees van Nieuwamerongen

In de recente brief aan demissionair minister Ollongren maakt hij de waarschuwing concreet. Hij vindt het niet wenselijk dat het ministerie in korte tijd drie aanwijzingen aan de Aw heeft gegeven, onder meer over het opschorten van de markttoets. Met een aanwijzing kan de Aw niet optreden, waar dat volgens de wet wel vereist is. De verruiming in de aangepaste Woningwet om meer te kunnen investeren in duurdere woningen en vastgoed brengt bovendien risico’s met zich mee, stelt Van Nieuwamerongen. ‘De eigenlijke taak van corporaties is betaalbare huisvesting.’

Onder druk van maatschappelijke ontwikkelingen en politieke wensen zou het beroep op de corporatiesector weer groot kunnen worden, stelt van Nieuwamerongen. ‘Als de lessen van de parlementaire enquête dan vergeten zijn en het toezicht een stap terug doet, ontstaat een gevaarlijke fase.’

Volkshuisvestelijk belang
Onder leiding van Van Nieuwamerongen heeft de Autoriteit woningcorporaties in de afgelopen vijf jaar verschillende ontwikkelingen doorgemaakt. ‘We zijn geen toezichthouder die alleen regeltjes checkt en lijstjes afvinkt, nooit geweest ook. Door de strenge Woningwet hebben wij wel die naam gekregen. Hoe je goed bestuur organiseert, inclusief intern en extern toezicht, is belangrijker. Ga het gesprek aan, geef ruimte aan de afwijkende mening, je hoeft het niet altijd eens te zijn. Dat goede gesprek stimuleren we, bijvoorbeeld door een congres over Kracht en tegenkracht te organiseren. En recent focussen we in het toezicht op het volkshuisvestelijk belang.’

Volgens de Woningwet is volkshuisvesting – de lokale opgave - de taak van de lokale driehoek: gemeente, corporatie en huurder. Focus op volkshuisvestelijk belang, zoals de Aw voorstaat, is echter iets anders dan volkshuisvestelijk toezicht, stelt Van Nieuwamerongen. ‘We gaan niet zeggen hoeveel woningen moeten worden gebouwd. We gaan niet op de stoel van de RvC of gemeente zitten. De opgave is niet voor elke corporatie hetzelfde, daar gaan we over in gesprek. Kijk niet alleen naar de financiële continuïteit, maar ook welke maatschappelijke opgaven er lokaal liggen. Die brede discussie kunnen we samen voeren.’

Van Nieuwamerongen signaleert dat dat gesprek in het toezicht op de sector op meer terreinen wordt gevoerd. Bij de vergunningverlening heeft de Aw meer discretionaire ruimte gekregen om specifieke omstandigheden van corporaties mee te wegen en in de Staat van de Corporatiesector hebben ook onderwerpen als leefbaarheid en duurzaamheid een plaats gekregen.

Steen in de vijver
Van Nieuwamerongen neemt daarbij niet altijd een blad voor de mond. Zijn interview met het Financieel Dagblad over de tegenvallende realisatie van bouwplannen deed veel stof opwaaien, als is de kop ‘commissarissen te bang zijn voor investeringen na schandalen’ volgens hem uit de context gehaald. Bij de VTW kwamen ruim 200 reacties binnen van verontwaardigde leden. ‘Ik heb een steen in de vijver gegooid, maar de ophef vind ik niet erg. Ik vind het belangrijk dat toezichthouders zich afvragen of zij te voorzichtig zijn. Dat zal niet altijd het geval zijn, maar je moet als RvC een geloofwaardig verhaal hebben. Angst voor de Aw kan nooit een reden zijn, we moeten samen op zoek gaan naar grenzen. Die zijn niet voor elke corporatie hetzelfde.’

De Aw-directeur erkent dat uit onderzoek van Aw blijkt dat er andere oorzaken zijn aan te wijzen voor de tegenvallende bouwprestaties waar de corporaties geen aandeel in hebben, zoals het gebrek aan bouwlocaties. ‘En recent kwam naar buiten dat gemeenten te weinig ambtenaren hebben om vergunningen af te handelen.’

Meer zelfreflectie
De VTW en de leden kunnen wel meer aan zelfreflectie doen, stelt Van Nieuwamerongen. ‘Mijn boodschap? Opereer vanuit eigen kracht. We hebben samen in de sector goede stappen gezet, maar de tenen zijn soms lang, bijvoorbeeld in de discussie over de vraag of commissarissen wel of niet te voorzichtig zijn. Maak gebruik van kracht en tegenkracht. Je kan een tegengeluid gebruiken om verder te komen.’

En andersom? Wat levert zelfreflectie bij de Aw op?  ‘Als ik terug kijk, vraag ik mij af of we in het begin niet te lang te hard op de trom hebben geslagen. Zijn we niet te streng geweest? Verder zou het niet moeten uitmaken welke inspecteur bij een corporatie aanklopt, dat signaal vanuit de sector hebben we ons aangetrokken. De aanpak moet consistent zijn. We leiden hiervoor onze inspecteurs op. En ook bespreken collega-inspecteurs vaker samen een casus. Daarmee voorkomen we dat een inspecteur te solistisch optreedt.’

Vergrootglas
Van Nieuwamerongen weet dat de Aw onder een vergrootglas ligt. ‘We hebben ons bestaansrecht bewezen. Maar je kan het niet snel goed doen. Ik vind dat niet erg. We moeten als onafhankelijk toezichthouder kritisch zijn, zonder een hindermacht te zijn. De maatschappelijke missie van de corporaties staat altijd voorop. Onze rol gaat verder dan alleen een mooie brief schrijven als het goed gaat en een boze brief als het slecht gaat.’

De goede samenwerking met de organisaties in de sector, niet alleen de VTW, maar ook met het ministerie BZK, Aedes en WSW, maakt Van Nieuwamerongen trots. ‘We zitten met elkaar om tafel, en af toe schuurt het, maar we staan samen voor dezelfde opdracht. Het werk is nooit klaar. We moeten met elkaar in gesprek blijven.’

Bevlogenheid
Wat gaat Van Nieuwamerongen na zijn vertrek het meest missen? ‘De bevlogenheid van de mensen die in de sector werken. Bij werkbezoeken vielen mij in het begin de schellen van mijn ogen. Wat er achter van de voordeur van een corporatiewoning speelt, is soms echt schrikken. Als ik tegelijkertijd zie hoe medewerkers zich inspannen voor deze kwetsbare huurders, dan heb ik veel waardering voor hun inzet. Voor de commissarissen is het ook goed om naar buiten te gaan, weten wat er speelt, weten voor wie we dit werk doen.’

Kwartiermaker inspectie toeslagen
Per 1 mei gaat Van Nieuwamerongen, nog even directeur Publieke Instituties en Control bij Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) waaronder de Aw valt, als kwartiermaker voor de inspectie op de domeinen belastingen, toeslagen en douane aan de slag. ‘Het vertrouwen in de overheid heeft door de toeslagenaffaire een enorme deuk opgelopen. Kwetsbare burgers zijn het slachtoffer geworden van het systeem van de overheid. Het gáát ergens over, net als in de corporatiesector.’

Meer informatie:

https://www.ilent.nl/actueel/nieuws/2021/04/16/autoriteit-woningcorporaties-bzk-beperk-inzet-aanwijzingen

Zie over de aanwijzingen ook het politieke nieuwsoverzicht van 19 april in deze nieuwsbrief of via deze link.

 


Terug