In de jaaragenda van de RvC van Slimwonen staat het halfjaarlijks overleg met de drie huurdersorganisaties (HO’s). Afgesproken is dat Berendse en De Wit, twee ervaren commissarissen, deze keer het gesprek voeren op kantoor van een van de HO’s. Op zich verloopt het gesprek goed. Het steeds terugkerende thema is de grote hoeveelheid tijd die het de bestuurders van de HO’s kost om hun rol goed in te vullen en de kennis die het vraagt om alle voorgelegde stukken te kunnen beoordelen.
Plichtsgetrouw als hij is, schrijft Berendse mede namens collega De Wit, een kort verslag van het overleg. Hij kan het niet laten er aan toe te voegen dat hem de eenzijdige samenstelling van de besturen van de HO’s was opgevallen. “niet bepaald een afspiegeling van onze doelgroep en weinig niveau”, schrijft Berendse.
Waartoe leidde deze observatie?
De eerstvolgende RvC-vergadering is een maand later. Tijdens het agendaoverleg stelt de directeur voor om het verslag van Berendse op te nemen onder het punt Ingekomen stukken. Voorzitter Pieter Vijfhout wil er echter een apart agendapunt van maken en er wat explicieter aandacht aan besteden.
Tijdens de vergadering herhaalt Berendse zijn observatie. De directeur herkent dat er veel op het bordje van de HO’s ligt en kondigt aan de komende vergadering te komen met een plan om de huurdersorganisatie te ondersteunen bij hun verder professionalisering en bestuurlijke vernieuwing. Voor commissarissen die er meer van willen weten wijst hij op de masterclass “Huurdersbelang en betrokken huurders” https://vtw-academie.nl/masterclasses/masterclass-huurdersbelang-en-betrokken-huurders/ van de VTW. Pieter Vijfhout geeft aan het een goede zaak te vinden dat er meer aandacht wordt besteed aan de betrokkenheid van de huurders, maar blijft wel sceptisch over het succes.
Daarnaast zag hij in het verslag ook aanleiding om naar de RvC zelf te kijken en met name door de uitspraak over de eenzijdige samenstelling van de huurdersvertegenwoordigers. “Ook wij heren”, zo houdt hij zijn vier mannelijke collega’s voor, “zijn geen echt goed voorbeeld van een divers samengestelde raad”. Hij gaat verder met de vraag aan de remuneratiecommissie om daar binnenkort bij het actualiseren van het profiel voor de twee nieuwe commissarissen, waarvoor over drie maanden de werving in gang moet worden gezet, aandacht te besteden aan het onderwerp diversiteit. Berendse – voorzitter van de remuneratiecommissie – neemt vast een voorschot en beweert nogal stellig dat we gewoon voor de beste kandidaat moeten gaan en dat de samenleving zo divers is dat een afspiegeling daarvan in de raad echt niet zal lukken. De voorzitter sluit het agendapunt af met de aanbeveling dit onderwerp toch maar wel serieus te nemen.
Wat zijn de uitdagingen voor deze RvC?
In deze casus vallen twee zaken op. Om te beginnen het gebrek aan erkenning voor de huurdersorganisatie. Ten slotte wel de belangrijkste stakeholder en de betreffende bestuurders serieus nemen is een absolute voorwaarde om verder te komen. Hoe dat moet is maatwerk en de masterclass waar de directeur op wees, geeft goede voorbeelden. Een belangrijk begin is om niet kinderachtig te zijn in de ondersteuning van de HO’s, zowel financieel als op andere manieren.
Het was een goede zaak dat de voorzitter wees op de samenstelling van zijn eigen raad en een goed advies zou zijn om eens een themadag te organiseren over het onderwerp diversiteit. Commissaris Berendse laat al merken dat hij zich kennelijk nooit in het thema heeft verdiept. De afspiegeling van de maatschappij die hij noemt is echt heel wat anders dan diversiteit. Met diversiteit streef je na dat niet iedereen hetzelfde is. Het wervings- en selectiebureau Colourfull People gebruikt daar een mooi motto voor: “Aandacht voor het verschil, omdat meer van hetzelfde minder oplevert!” Het bureau schrijft verder over de diverse samenstelling van een team: “Wij kijken naar zowel de individuele kwaliteiten van onze kandidaten als naar de toevoeging van een kandidaat binnen het team. Dat doen wij vanuit de overtuiging dat de kracht van een team meer is dan alleen de optelsom van de leden.” Ook met de stelling van Berendse om “gewoon voor de beste te gaan”, kun je lelijk in je eigen mes vallen. Immers: je kunt met vijf uitstekende commissarissen zomaar een slechte raad hebben.
In een recente advertentie van de Rotterdamse corporatie Woonbron kwamen we de volgende fraaie passage tegen: “Naast een maatschappelijke spreiding en een diverse samenstelling vanuit bedrijfsleven en non-profitorganisaties, is ook een spreiding in leeftijd, sekse en etniciteit het streven, zodat opgedane ervaring binnen de Raad kan worden gecontinueerd. Als uitgangspunt wordt gehanteerd dat ten minste 30% van de RvC-leden vrouw is en ten minste 30% man.”
Verstandige teksten en voornemens. Als onze woningcorporatie Slimwonen deze ter harte neemt is het statutaire vertrek van twee leden van deze raad een mooie kans. Dan krijgt ook ongetwijfeld het onderwerp huurdersbetrokkenheid meer aandacht en status. Veel andere corporaties hebben van beide onderwerpen gelukkig al werk gemaakt.
Koos Parie & Gerard Erents
Dit is de 11e casus in een nieuwe reeks 'Toezicht in de praktijk' over governance in de volkshuisvesting. De VTW heeft twee handreikingen gepubliceerd waarin eerdere casussen zijn besproken.
Handreiking Toezicht in de praktijk: 15 cases
Handreiking Toezicht in de praktijk: volkshuisvestelijke vraagstukken 12 nieuwe cases