Later als ik groot ben, wil ik commissaris zijn bij een woningcorporatie. Waarom? Omdat ik een corporatie een mooie organisatie vind. Een organisatie die zorgt voor mensen die zich geen woning op de vrije markt kunnen veroorloven. Ooit heb ik ook in zo’n woning gewoond en was blij dat er voor mij een betaalbare flat beschikbaar was.
In 2014 zag ik dat ik mij kon aanmelden voor de leergang ‘aankomend commissaris’. Da’s mooi, dacht ik, dit is mijn kans om een stap te zetten. Ik voldeed aan de voorwaarden: nog geen 50 jaar, geen ervaring als commissaris en ik heb affiniteit met de corporatiesector. Ik mag de leergang dan ook volgen. En het traineeschap mag ik bij Thuisvester doen, de voorzitter Elma Groen, wil wel een aankomend commissaris begeleiden. Ik ben vol positieve energie.
In het jaar dat de leergang duurt heb ik veel opgestoken van het vak van commissaris: hoe vul je je rol in en hoe worstel je je door de pakken papier heen die je als voorbereiding voor de vergadering ontvangt. Hoe breng je focus aan? Tijdens mijn traineeschap kon ik ook goed de kunst van het voorzitten afkijken. Ik kon zien hoe je kunt voorzitten met persoonlijke aandacht en respect en tegelijkertijd ook zakelijke besluiten neemt.
Vol goede moed stuur ik na de afronding van de leergang mijn eerste sollicitaties. Uiteraard kijk ik goed naar het gevraagde profiel, check ik of ik voldoe aan de competenties, lees de visie en check de locatie van de corporatie. Ik ben een generalist en heb geen specifieke achtergrond in de financiële sector, dus die vallen af. Een corporatie te ver weg valt ook af, want geen kennis van de lokale situatie. De eerste afwijzingen komen binnen: meestal te weinig ervaring en soms te weinig kennis van de woningbouwsector. Dat laatste verbaasd me dan weer, want in mijn dagelijkse job werk ik samen met corporaties.
Inmiddels 20 sollicitaties verder. Nog steeds te weinig ervaring als commissaris. ‘Later’ komt dichterbij. Gaat het nog lukken om een bijdrage te leveren aan de volkshuisvesting als commissaris? De vraag komt bij mij op: Wat kan ik veranderen om wel interessant te zijn voor een Raad van Toezicht? Grijs worden? Nog meer ervaring op doen in het woon-domein?
Ik kijk nog steeds terug op een waardevolle opleiding en traineeschap. Wat ik geleerd en meegemaakt heb, gebruik ik in mijn dagelijks werk. Daarom is de leergang zeker geen verspilde energie. Ik kan me voorstellen dat ik niet de enige ben met deze ervaring. Maar ik ben ook benieuwd naar ervaringen van commissarissen die het wel gelukt is om na de leergang een commissariaat te bekleden.