Het boek 'Financiën voor commissarissen en toezichthouders' geeft inzicht in financiële aspecten waarmee interne toezichthouders (commissarissen) kunnen worden geconfronteerd in hun toezichthoudende rol. Wat is een jaarverslag, wat is een jaarrekening en hoe moet ik de posten in die jaarrekening interpreteren? Welke ratio’s zijn relevant en waarom? Waar moet ik op letten bij investeringsbeslissingen? Wat is treasury en wat zijn daarin de risico’s? Welke relatie is er tussen strategisch risicomanagement en financiën? Wat is de rol van de auditcommissie? Hoe bereid ik mij voor op een commissariaat?
VTW lid Marieke Prins beschrijft in deze recensie hoe zij dit boek heeft gelezen en welke waardevolle eye-openers zij hierbij heeft ervaren.
Bij het openen van dit compacte boek bladerde ik direct door naar het meest mystieke hoofdstuk voor mij, als niet-financiële commissaris van twee woningcorporaties: Treasury-management. Alleen al de letterlijke vertaling (“schatkistbeheer”) roept bij mij nog steeds associaties op met flonkerende edelstenen. Binnen een kwartier stond ik weer met beide benen op de grond. Ik wist weer wat ik wel en vooral niet wist over treasury-management, en de materie was onttoverd, ontdaan van opsmuk, bondig neergezet en toepasbaar opgeschreven. En zo is het hele boek. Ieder hoofdstuk is bewonderenswaardig kort gehouden, sober en puntsgewijs opgezet, slechts spaarzaam voorzien van bijvoeglijke naamwoorden en toch compleet. Het is daarmee een pocket-naslagwerk, niet per sé bedoeld voor woningcorporaties maar daar wel voor geschikt. Maar ook voor andere stichtingen en commerciële bedrijven. Knap vooral is dat het boek thema’s van grote professionele organisaties behandelt, maar juist ook voor kleinere (vrijwilligers)organisaties een goede checklist biedt voor de (niet-financiële) toezichthouder maar waarschijnlijk ook voor de organisatie. Als ik de inhoudsopgave even doorloop, passeren hoofdstukken over alle begrotings- en verantwoordingsstukken de revue, maar ook over specifieke onderdelen daaruit, zoals investeringsbeslissingen. Dat hoofdstuk bevat zelfs een bondige paragraaf over de psychologische valkuilen bij investeringen. De bekende kengetallen zoals solvabiliteit, DCF en ICR worden helder uitgelegd. Een hoofdstuk wordt gewijd aan de rol van de auditcommissie, compleet en precies.
De kwestie is of de inhoud waardevast is in een wereld waar vaak nieuwe ratio’s opduiken. Een boek als dit vraagt eigenlijk om een jaarlijkse update. Het enige punt van twijfel heb ik bij de tips en aanbevelingen. Sommige daarvan komen nogal als een open deur over; ik hoop dat er geen commissarissen zijn die daadwerkelijk ieder jaar de noodzaak voelen om te controleren of de jaarrekening bij de KvK is gedeponeerd.
Maar intussen heb ik veel geleerd van het boek en zaten er voor mij ook nogal wat eye-openers in. Het navragen van gebeurtenissen na balansdatum bijvoorbeeld en de aandacht die wordt bepleit voor het volgen van de ontwikkelingen door de jaren heen op mutaties in balansposten en ratio’s. Mooi ook is het hoofdstuk voor aankomend commissarissen. Waar moet je op letten als je kandidaat bent voor een commissarissenpost; hoe doe je financieel vooronderzoek in de jaarstukken om te weten of je niet op een zinkend schip terecht dreigt te komen en om te weten of je je wel voelt passen bij bijvoorbeeld de risicobereidheid van de betreffende organisatie? Er staan zelfs tips in om bij het sollicitatiegesprek blijk te geven van een goede voorbereiding.
Een paar wapenfeiten over de auteurs: Carla van der Weerdt-Norder, van opleiding accountant, is zojuist benoemd als Chief Risk Officer bij de Triodos Bank, waar ze eerder commissaris was. Mieke Pigeaud-Wijdeveld is bedrijfseconoom, o.a. commissaris bij Beeld en Geluid, en toezichthouder bij de Consumentenbond. Niet de minsten, wel drukke banen - hopelijk houden zij tijd vrij om dit pocket-naslagwerk actueel te houden!