Toezicht in de praktijk casus 14: Een lastige “verrassing” voor de ‘huurderscommissaris’

Een half jaar geleden bent u op voordracht van de huurdersorganisatie benoemd in de Raad van Commissarissen van een middelgrote corporatie. Uw corporatie staat er financieel redelijk voor en kan de toekomstige opgaven op het gebied van bouwen en verduurzamen financieren. Tijdens de begrotingsbehandeling wordt stilgestaan bij de huurverhoging die de corporatie volgend jaar wil doorvoeren. Vooruitlopend op het percentage dat het Rijk volgend jaar zal toestaan als maximale huurverhoging, wordt in de begroting uitgegaan van 0,2% boven inflatie.

Na een stevige discussie blijft u op het standpunt staan dat een verhoging boven inflatie niet zou moeten en hoeven. U wijst er op dat de corporatie steeds naar buiten brengt de betaalbaarheid hoge prioriteit te geven. De bestuurder – gesteund door uw collega’s in de raad – wijzen er op dat met uw voorstel de financiële positie van de corporatie steeds zwakker zal worden. Met uw inzicht en ervaring als bedrijfskundige bent u er echter van overtuigd dat de corporatie intern nog behoorlijk kan bezuinigen.

Uiteindelijk  blijven de andere vier commissarissen achter de voorgestelde huurverhoging staan, maar weten ze u niet te overtuigen. Aldus wordt de begroting goedgekeurd.

Enige weken later heet u overleg met de huurdersorganisatie en u krijgt het verwijt dat u kennelijk onvoldoende uw best voor de huurders heeft gedaan. ‘En dat…’, zo zegt de voorzitter van de huurdersorganisatie ‘terwijl u toch namens hen in de raad zit’. Ook wordt u verteld dat het overleg met de bestuurder – een week geleden - over dit onderwerp op niets was uitgelopen.

Wat nu!
Nu is een ‘benoeming op voordracht’ niet hetzelfde als ‘namens”. Het is goed regelmatig te wijzen – in ieder geval bij de werving en selectie – dat elke commissaris zonder last of ruggespraak in de raad zit. Ook als sprake is van een bindende voordracht. Bij sommige corporaties is in de statuten geregeld dat ook de ondernemingsraad een voordrachtsrecht heeft. Dan geldt precies hetzelfde. Daarom is de redactie van deze rubriek - om misverstanden te voorkomen - ook niet zo gecharmeerd van de termen huurderscommissaris en werknemerscommissaris. Commissarissen dienen de belangen van alle belanghebbenden voor ogen te houden en mee te wegen in de besluitvorming. De belangen van de huurders horen alle commissarissen goed op het netvlies te hebben. Daarom is het een goede zaak dat ook de andere commissarissen contact met de huurdersorganisatie onderhouden.

Om in deze vergadering die formele positie te benadrukken is niet erg constructief voor de sfeer en de relatie. Het is beter dat u dat eens op een rustiger moment agendeert. Maar veel meer dan de kou uit de lucht halen kunt u niet. Veel zal afhangen van uw diplomatiek vermogen om de relatie goed te houden. Inhoudelijk heeft u weinig te bieden: begrip tonen voor de moeilijke financiële situatie van vele huurders en wijzen op de forse opgave van de corporatie. Iets anders heeft u inhoudelijk niet in handen, waarbij ook komt dat het inhoudelijk gesprek feitelijk het domein van de bestuurder is. Ook kunt u wijzen op het feit dat de raad met een mond praat en dat uw persoonlijke opvatting in dit geval weinig ter zake doet. Om aan te geven dat u tegen hebt gestemd is not-done en in niemands belang.

En gesprek met de bestuurder is ook zeker op zijn plaats. Niet alleen om het kennelijk onplezierige gesprek met de huurdersvereniging ook van zijn kant te vernemen; maar vooral om voor de toekomst af te spreken hoe dit soort verrasingen kunnen worden voorkomen.

Reacties op deze casus kunt u via bureau@vtw.nl mailen.


Terug