‘Autoriteit woningcorporaties moet risicogericht toezicht corporaties waarmaken ’

In de Woningwet 2015 is de positie van het interne toezicht versterkt. Dit is een logisch gevolg van de parlementaire enquête woningcorporaties, waarin o.a. werd geconcludeerd dat het interne toezicht niet adequaat had opgetreden bij de incidenten in de corporatiesector. Deels ook omdat hiertoe de middelen ontbraken.

Invulling extern toezicht door Autoriteit Woningcorporaties
De Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW) vindt de versterking van de positie van het interne toezicht in de wet een positieve ontwikkeling. In de praktijk echter valt er wel een aantal kanttekeningen te maken. Met name in relatie tot de positie van de Autoriteit Woningcorporaties (Aw) als externe toezichthouder in de corporatiesector. Hoewel de VTW op onderdelen goed samenwerkt met de Aw, trekt de VTW na ruim 2,5 jaar woningwet 2015 een aantal voorlopige conclusies:

Governance-audits
Zo heeft de Aw het afgelopen jaar, met name in 2017, bij alle corporaties een Governance-audit uitgevoerd, bestaande uit een vragenlijst van 4 pagina’s die moet worden ingevuld en worden voorzien van bewijs en bijlagen; een ‘goed’ gesprek met een team van inspecteurs en een rapport met een conclusie en aanbevelingen van de Aw.

De Aw heeft deze audits uitgevoerd omdat volgens de Aw de Governance van corporaties de beste indicatie is voor het functioneren van een corporatie. Op basis van de uitkomsten van deze audits wil de Aw risicogericht toezicht gaan houden. Binnenkort komen de resultaten van de audits beschikbaar. De VTW kijkt hier reikhalzend naar uit.

Het goede voorbeeld van de ILT
Uit een interview onlangs op BNR Nieuwsradio met de directeur van de Aw maakte de VTW vooral op dat de Aw, vanuit wantrouwen, het externe toezicht de komende jaren verder wil uitbouwen. Dat kan alleen maar ten koste gaan van het interne toezicht. 

De moederorganisatie van de Aw, de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), geeft het goede voorbeeld:

 

Hier ligt in onze optiek ook een mooie opgave voor het onderdeel Aw van de ILT om vanuit deze gedachte aan het werk te gaan. Vanuit ‘vertrouwen tenzij’ en ‘samenwerken’ kan de Aw het risicogerichte externe toezicht verder inrichten.

De  VTW heeft hier al een mooie voorzet voor gedaan in de vorm van de beweging Toezicht met Passie, waarin intern toezicht wordt gehouden vanuit de bedoeling van de corporatie en vanuit vertrouwen. Deze beweging is bekend bij de Aw.

Goed intern toezicht met risicogericht extern toezicht
Bij de corporaties waar de Governance goed op orde is kan het externe toezicht minder intensief en kan het interne toezicht de meeste toezichtstaken zelf goed uitvoeren. En bij de corporaties waar de Governance niet goed op orde is kan het externe toezicht worden geïntensiveerd en kan het interne toezicht scherp in de gaten worden gehouden. De Aw kan en moet streng optreden tegen RvC’s als de Governance ondermaats is. Dat staat buiten kijf. Op deze manier kunnen de goed functionerende corporaties veel meer de ruimte krijgen. De Aw mag, kan en moet echt een beetje meer vertrouwen in de sector hebben.

Guido van Woerkom (voorzitter VTW) en Albert Kerssies (directeur VTW)


Terug