Per 1 juli 2024 wijzigen de regels voor het verkopen van vastgoed door woningcorporaties. De aanbiedingsplicht bij verkoop van corporatiewoningen wordt verruimd, zodat huurders makkelijker door kunnen stromen. Ook wordt hierdoor het eigenwoningbezit gestimuleerd.
Per 1 juli 2024 wijzigen de regels voor het verkopen van vastgoed door woningcorporaties. De aanbiedingsplicht bij verkoop van corporatiewoningen wordt verruimd, zodat huurders makkelijker door kunnen stromen. Ook wordt hierdoor het eigenwoningbezit gestimuleerd.
Met de wijziging van artikel 23 en 23a van Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 (Btiv) wordt de aanbiedingsplicht uitgebreid voor niet-verhuurde blijvend gereguleerde DAEB- eengezinswoningen en potentieel te liberaliseren DAEB- eengezinswoningen.
Deze woningen moeten ook te koop worden aangeboden aan alle huurders van DAEB-woningen van alle woningcorporaties in de gemeente waar de woning staat. Hierbij moet de getaxeerde marktwaarde worden vermeld. Daarnaast moet een verhuurde, potentieel te liberaliseren, DAEB-eengezinswoning aangeboden worden aan de zittende huurder.
Voor niet-DAEB woningen van corporaties blijft de aanbiedingsplicht met deze aanpassing van het Btiv ongewijzigd.
De wijziging van het Btiv gaat in op 1 juli 2024 en kent geen overgangsbepaling. Alle aanvragen die per 1 juli 2024 worden ingediend, moeten voldoen aan de nieuwe verkoopregels.
Bron: Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat