De VTW Factsheet praat jou bij over alle voor de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW) relevante politieke ontwikkelingen en mediaberichten.
Met deze week onder andere:
Tijdens de procedurevergadering BZK is afgelopen week definitief besloten deze week de Wet betaalbare huur te behandelen. Deze maandag is er eerst een wetgevingsoverleg en vervolgens woensdag een plenair debat. Donderdag zal over alle moties, amendementen en het wetsvoorstel gestemd worden.
Afgelopen zijn vele amendementen ingediend. Zo stelt overtuigd tegenstander van de wet (de VVD) voor om de wet te beperken tot de betaalbaarheidsgrens (amendement 17). Ook wil hij kleine verhuurders (tot en met drie verhuurpanden) ontzien (amendement 18) en een opslag voor rijksmonumenten (amendement 19). Daarnaast wil hij via amendement 20 mogelijk maken dat de nieuwbouwopslag regionaal hoger kan dan de voorgestelde 10 procent.
Verder zijn door de SGP twee amendement ingediend om te zorgen voor een langere overgangstijd met betrekking tot de WWS en een uitbreiding van de mogelijkheden voor een nieuwbouwopslag. De SP diende amendementen in om de WWS door te trekken naar 231 punten, een generieke WOZ-cap en een beperking van het overgangsrecht. De PvdA diende vergelijkbare amendementen in.
Volgens minister De Jonge wordt inwerkingtreding per 1 juli krap, maar is het 'vooralsnog haalbaar'. Dat valt op te maken uit de tweede nota naar aanleiding van het verslag. "Door vertragingen in de parlementaire behandeling kan het noodzakelijk worden dat de datum wordt opgeschoven om partijen meer tijd te geven zich hierop voor te bereiden. Het antwoord op deze vraag is dus ook afhankelijk van uw Kamer", schrijft de minister.
Onder andere de VVD had gevraagd of inwerkingtreding op 1 juli nog wel realistisch is aangezien ook verhuurders zich moeten kunnen voorbereiden. Volgens De Jonge kunnen verhuurders nu al anticiperen en geldt bovendien in veel gevallen de facto een overgangsrecht vanwege de koppeling aan nieuwe contracten. Ook wijst hij op de proportionaliteit van handhaving door de gemeenten.
Verder stelt De Jonge dat veel woningen met de nieuwe WWS juist meer punten zullen scoren vanwege de nieuwe weging van kwalitatieve elementen en de verruiming van de WOZ-cap. Woningen met een slecht label zullen wel sneller zakken.
De minister is het daarnaast niet eens met de stelling van de VVD dat de uitpondcijfers wijzen op een veel hoger aantal dan enkel een marktcorrectie. "Hoewel de aankopen door particuliere beleggers behoorlijk zijn gedaald, is er geen toename in het totaal aantal verkopen te zien. Wel is te zien dat van de verkopen een groter deel naar eigenaar-bewoners gaat. Ondanks dat bij particuliere beleggers het aantal verkopen groter is dan het aantal aankopen, is er geen daling van de totale voorraad van particuliere beleggers te zien. Dat duidt er op dat particuliere beleggers woningen hebben toegevoegd aan de voorraad middels nieuwbouw, splitsen en transformatie. Derhalve deel ik de stelling uit de vraag niet dat het om meer dan een correctie zou gaan", aldus de minister.
Ook houdt de minister vol dat het uitpondeffect van de huurmaatregelen de positie van koopstarters versterkt, ondanks berichten dat de meest kwetsbaren naast het net blijven vissen.
"Het feit dat lage inkomens of specifieke doelgroepen moeilijk aan een geschikte en betaalbare woning komen is een breder vraagstuk en moet ook in dat perspectief geplaatst worden", aldus de minister.
De nota van wijziging bevat enkele technische wijzigingen.
Minister De Jonge wil in de tweede helft van dit jaar met Aedes, Woonbond en VNG om de tafel over nieuwe betaalbaarheidsafspraken. Dat zegt hij in een Kamerbrief over het huurbeleid. Hij wijst erop dat de financiële positie van corporaties onder druk staat en dat daarom een herijking nodig is van de Nationale Prestatieafspraken.
"Dankzij de herijking is het mogelijk om bij deze afspraken nadrukkelijk rekening te houden met het effect hiervan op de bredere opgaven van de corporaties rond nieuwbouw, verduurzaming en leefbaarheid. Het ligt voor de hand daarbij breed naar het huurbeleid te kijken, oftewel naar de maximale jaarlijkse huurverhoging maar ook naar andere elementen die nu onderdeel zijn van de betaalbaarheidsafspraken zoals de doorberekening van verduurzamingsmaatregelen aan de huurder en de inkomensafhankelijke (hogere) huurverhoging", aldus de minister.
Verder reageert de minister in de brief op een evaluatie van Inkomensafhankelijke huurverhogingen (IAH). Volgens De Jonge is er voldoende reden om de IAH in stand te houden, omdat deze positief bijdraagt aan de investeringsruimte van corporaties. Wel is de op basis van het inkomen mogelijke huurverhoging weinig ingezet. Mogelijk is wel als gevolg van de wet het aandeel midden- en hogere inkomens binnen de gereguleerde sector gedaald.
In zijn Kamerbrief over de fiscale beleids- en uitvoeringsagenda schetst staatssecretaris Van Rij mogelijkheden om de lastendruk voor corporaties door de vennootschapsbelasting te beperken. Zo wijst hij op de Algemene Groepsvrijstellingsverordening. Een voorbeeld van een dergelijke maatregel is een subsidie of een aftrekpost in de vennootschapsbelasting voor verduurzaming. Het verkennen van aanpassingen van de DAEB-regels is volgens Van Rij aan een volgend kabinet. Ook versoepelingen met betrekking tot ATAD zijn volgens hem complex.
Kamerbrief: Fiscale beleids- en uitvoeringsagenda
Het politiek nieuwsoverzicht wordt gemaakt in samenwerking met 1848.nl.