Tijdens het interview is Harriët Tiemens nog net wethouder bij de gemeente Nijmegen, met wonen, duurzaamheid en mobiliteit in haar portefeuille. Na twee termijnen neemt ze afscheid van de politiek, en daarmee ook van de commissie Wonen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Vanaf 1 september is ze directeur van de Groene Metropool Regio Arnhem-Nijmegen. De regionale samenwerking heeft volgens haar de toekomst: thema’s als wonen, duurzaamheid en mobiliteit overstijgen de gemeentegrenzen en vragen om een integrale aanpak. ‘We kunnen de grote opgaven niet lokaal oplossen.’ Een voorbeeld van die regionale samenwerking is de regionale Woondeal Arnhem-Nijmegen, met steun van het Rijk. Gemeenten, corporaties en marktpartijen (beleggers en ontwikkelaars), maar ook onder meer vervoersmaatschappijen, werken samen aan de grote opgaven in de regio. Doel is onder om meer betaalbare huur- en koopwoningen bij te bouwen. Tot 2025 gaat het om 20.000 woningen, op langere termijn 50.000 tot 60.000.
‘Zeker niet. We hebben samen concrete afspraken gemaakt, en krijgen steun van het Rijk die we hard nodig hebben. In Nijmegen kunnen we bijvoorbeeld 2000 woningen in het stationsgebied realiseren. Door de woondeal hebben we 5 miljoen van de minister gekregen om versneld te starten met de bouw van woningen. Ook het station krijgt een impuls. Dat is hard nodig met de groei van de stad. Door de steun van het ministerie komt dit ook in een stroomversnelling.’
‘Samen met de regio Foodvalley werken we aan een verstedelijkingsstrategie. De vraag is waar die 60.000 woningen in de regio kunnen worden gebouwd en wat dit betekent voor de bereikbaarheid. De meeste pijn zit in de mobiliteit. Het huidige netwerk in het verkeer, van spoor tot fietspaden, is niet berekend op die groei. We hebben daar in het verleden niet altijd voldoende over nagedacht. We moeten beter onderzoek doen naar wat groei betekent voor de mobiliteit in de regio. Alleen dan kunnen we de juiste besluiten nemen.’
‘Ik ben geweldig blij met de woondeal. We kunnen versneld bouwen. Korting op de verhuurderheffing is onderdeel van de afspraken. Het is een mooi begin. Maar we moeten aan structurele oplossingen werken. De nood is overal hoog. Iedereen is het erover eens dat er op alle fronten geld bij moet.’
‘Het is totaal niet uit te leggen dat corporaties ieder jaar zoveel geld naar het Rijk moeten overmaken. Gemeenten en corporaties zijn bondgenoten. We staan voor dezelfde grote opgaven, en we lopen tegen dezelfde financiële tekorten aan. Daardoor is het op lange termijn heel lastig om investeringsafspraken te maken.’
‘De woningmarkt kent over de jaren heen pieken en dalen. Nu is het woningtekort heel groot, zeven jaar geleden zag het er heel anders uit. Toen stegen de prijzen van koopwoningen bijvoorbeeld niet zo snel. Woningbouw is bovendien geen kort traject. Bestemmingsplannen maken, nemen veel tijd in de beslag. Je moet dus voor langere termijn afspraken kunnen maken, ook voor de financiering.’
‘Onze band is hecht. We werken goed samen, maar het ging tot nu toe vooral om afgebakende projecten in een buurt. Met de nieuwe ontwikkelingen, zoals de energietransitie en de regionale opgaven, verandert de samenwerking. Bij het aardgasvrij maken van buurten heeft de bewoner er geen boodschap aan of we van de gemeente of de corporatie zijn. Dat betekent dat we veel nauwer moeten samenwerken, en dat zijn we niet gewend. En in regionaal verband gaat dat ook op. Voor de lange termijn met meer corporaties een set afspraken maken, dat is een hele grote stap.’
‘Ik denk dat het tijd vergt voor alle organisaties om aan de nieuwe manier van samenwerken te wennen. In het geval van de energietransitie, moeten we steeds beseffen dat we met zijn allen het Klimaatakkoord onderschrijven. Dat betekent dat we intensiever moeten samenwerken om onze doelen te bereiken. Geen enkele partij kan deze opgaven alleen oplossen.’
‘Goed voorbereiden, maar wel zo snel mogelijk gaan doen. Perfecte oplossingen bestaan zelden voor dit soort complexe vraagstukken. Als je daarin blijft hangen, gebeurt er niets. Daar wordt niemand beter van. Als we voorbereid samen aan de slag gaan, merken we in de praktijk wat wel of niet werkt. Die onzekerheid kan soms tot spanningen leiden, maar dat is niet erg. Als de noodzaak wordt gevoeld, kom je er samen uit.’
‘We hebben elkaar hard nodig. We moeten effectiever samenwerken in de grote opgaven die verder gaan dan een gemeente of corporatie. Dat besef is er volgens mij, ondanks alle goede bedoelingen, toch nog te weinig. Dus toezichthouder, kijk verder dan eigen projecten in de eigen buurt, dorp of stad. Spreek de bestuurder daar op aan. We moeten als regio aan de lat staan. Alleen als we samen die noodzaak voelen, kunnen we echt stappen zetten.’
Tekst: Lisette Vos, Foto’s: Mark Prins
De regionale Woondeal Arnhem-Nijmegen heeft als doel om – met steun van het Rijk – de woningbouw te versnellen. Samen met de aangrenzende regio Foodvalley werkt de regio Arnhem-Nijmegen aan de verstedelijkingsstrategie, onder meer om te bepalen waar woningen kunnen worden gebouwd.
Regionale Woondeal:
https://www.woningmarktbeleid.nl/ onderwerpen/ woondeals/ nieuws/ 2020/03/04/ snel-20.000-woningen-erbij-door-woondeal-arnhem-nijmegen
Verstedelijkingsstrategie:
https://www.regiofoodvalley.nl/ projecten/ verstedelijkingsstrategie-arnhem-nijmegen-regio-foodvalley
Harriët Tiemens > tot voor kort wethouder Nijmegen > over samenwerking in regio
De regionale samenwerking heeft de toekomst. Dat stelt directeur Harriët Tiemens van de Groene Metropool Regio Arnhem Nijmegen, tot voor kort wethouder van Nijmegen. Dat vraagt om een andere manier van samenwerken tussen gemeenten en corporaties.
Tijdens het interview is Harriët Tiemens nog net wethouder bij de gemeente Nijmegen, met wonen, duurzaamheid en mobiliteit in haar portefeuille. Na twee termijnen neemt ze afscheid van de politiek, en daarmee ook van de commissie Wonen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Vanaf 1 september is ze directeur van de Groene Metropool Regio Arnhem-Nijmegen. De regionale samenwerking heeft volgens haar de toekomst: thema’s als wonen, duurzaamheid en mobiliteit overstijgen de gemeentegrenzen en vragen om een integrale aanpak. ‘We kunnen de grote opgaven niet lokaal oplossen.’ Een voorbeeld van die regionale samenwerking is de regionale Woondeal Arnhem-Nijmegen, met steun van het Rijk. Gemeenten, corporaties en marktpartijen (beleggers en ontwikkelaars), maar ook onder meer vervoersmaatschappijen, werken samen aan de grote opgaven in de regio. Doel is onder om meer betaalbare huur- en koopwoningen bij te bouwen. Tot 2025 gaat het om 20.000 woningen, op langere termijn 50.000 tot 60.000.
‘Zeker niet. We hebben samen concrete afspraken gemaakt, en krijgen steun van het Rijk die we hard nodig hebben. In Nijmegen kunnen we bijvoorbeeld 2000 woningen in het stationsgebied realiseren. Door de woondeal hebben we 5 miljoen van de minister gekregen om versneld te starten met de bouw van woningen. Ook het station krijgt een impuls. Dat is hard nodig met de groei van de stad. Door de steun van het ministerie komt dit ook in een stroomversnelling.’
‘Samen met de regio Foodvalley werken we aan een verstedelijkingsstrategie. De vraag is waar die 60.000 woningen in de regio kunnen worden gebouwd en wat dit betekent voor de bereikbaarheid. De meeste pijn zit in de mobiliteit. Het huidige netwerk in het verkeer, van spoor tot fietspaden, is niet berekend op die groei. We hebben daar in het verleden niet altijd voldoende over nagedacht. We moeten beter onderzoek doen naar wat groei betekent voor de mobiliteit in de regio. Alleen dan kunnen we de juiste besluiten nemen.’
‘Ik ben geweldig blij met de woondeal. We kunnen versneld bouwen. Korting op de verhuurderheffing is onderdeel van de afspraken. Het is een mooi begin. Maar we moeten aan structurele oplossingen werken. De nood is overal hoog. Iedereen is het erover eens dat er op alle fronten geld bij moet.’
‘Het is totaal niet uit te leggen dat corporaties ieder jaar zoveel geld naar het Rijk moeten overmaken. Gemeenten en corporaties zijn bondgenoten. We staan voor dezelfde grote opgaven, en we lopen tegen dezelfde financiële tekorten aan. Daardoor is het op lange termijn heel lastig om investeringsafspraken te maken.’
‘De woningmarkt kent over de jaren heen pieken en dalen. Nu is het woningtekort heel groot, zeven jaar geleden zag het er heel anders uit. Toen stegen de prijzen van koopwoningen bijvoorbeeld niet zo snel. Woningbouw is bovendien geen kort traject. Bestemmingsplannen maken, nemen veel tijd in de beslag. Je moet dus voor langere termijn afspraken kunnen maken, ook voor de financiering.’
‘Onze band is hecht. We werken goed samen, maar het ging tot nu toe vooral om afgebakende projecten in een buurt. Met de nieuwe ontwikkelingen, zoals de energietransitie en de regionale opgaven, verandert de samenwerking. Bij het aardgasvrij maken van buurten heeft de bewoner er geen boodschap aan of we van de gemeente of de corporatie zijn. Dat betekent dat we veel nauwer moeten samenwerken, en dat zijn we niet gewend. En in regionaal verband gaat dat ook op. Voor de lange termijn met meer corporaties een set afspraken maken, dat is een hele grote stap.’
‘Ik denk dat het tijd vergt voor alle organisaties om aan de nieuwe manier van samenwerken te wennen. In het geval van de energietransitie, moeten we steeds beseffen dat we met zijn allen het Klimaatakkoord onderschrijven. Dat betekent dat we intensiever moeten samenwerken om onze doelen te bereiken. Geen enkele partij kan deze opgaven alleen oplossen.’
‘Goed voorbereiden, maar wel zo snel mogelijk gaan doen. Perfecte oplossingen bestaan zelden voor dit soort complexe vraagstukken. Als je daarin blijft hangen, gebeurt er niets. Daar wordt niemand beter van. Als we voorbereid samen aan de slag gaan, merken we in de praktijk wat wel of niet werkt. Die onzekerheid kan soms tot spanningen leiden, maar dat is niet erg. Als de noodzaak wordt gevoeld, kom je er samen uit.’
‘We hebben elkaar hard nodig. We moeten effectiever samenwerken in de grote opgaven die verder gaan dan een gemeente of corporatie. Dat besef is er volgens mij, ondanks alle goede bedoelingen, toch nog te weinig. Dus toezichthouder, kijk verder dan eigen projecten in de eigen buurt, dorp of stad. Spreek de bestuurder daar op aan. We moeten als regio aan de lat staan. Alleen als we samen die noodzaak voelen, kunnen we echt stappen zetten.’
Tekst: Lisette Vos, Foto’s: Phil Nijhuis
De regionale Woondeal Arnhem-Nijmegen heeft als doel om - met steun van het Rijk - de woningbouw te versnellen. Samen met de aangrenzende regio Foodvalley werkt de regio Arnhem-Nijmegen aan de verstedelijkingsstrategie, onder meer om te bepalen waar woningen kunnen worden gebouwd.
Regionale Woondeal:
Verstedelijkingsstrategie: