2

Meer risico­gericht ­toezicht Aw en haar ­beleidsregels

Met de Woningwet worden de nodige detailregels geschrapt en worden er open normen geïntroduceerd. Dit geeft de Aw de ruimte om meer risicogericht toezicht te houden. Dit past bij de wens van de Aw om een omslag te maken van ‘rule-based’ naar ‘principle-based’ toezicht. Met de wijziging van de Woningwet vervallen bepaalde goedkeuringsvereisten van de Aw. Zo is er bijvoorbeeld geen goedkeuring meer nodig als de corporatie werkzaamheden voor derden wil uitoefenen. Ook krijgt de Aw van de wetgever de ruimte om in bepaalde gevallen risicogericht toezicht te houden en om de lokale context en het volkshuisvestelijk belang mee te wegen. Een voorbeeld zijn de verkoopregels. De Aw kan sinds 1 januari een uitzondering maken voor een corporatie die niet voldoet aan alle formele vereisten voor een verkoop.

In de hiervoor al genoemde beleidsregels geeft de Aw in een aantal gevallen aan hoe zij hier mee om wil gaan. De beleidsregels bevatten, zo geeft de Aw aan, procedurele en beoordelingskaders voor het preventief toezicht, waarbij van de Aw een besluit wordt verwacht, zoals bij het aangaan van verbindingen, vervreemding van bezit of van zakelijke rechten, de zienswijze Geschiktheid en Betrouwbaarheid (G&B) bij benoemingen en bij fusies en splitsingen. Deze onderwerpen komen uitgebreid aan bod in de beleidsregels. Daarnaast gaat de Aw in de beleidsregels nader in op onverenigbaarheden en bedrijfsonroerend goed. De Aw vindt dat met het oog op de rechtszekerheid wenselijk omdat de wetgever op deze twee ­onderwerpen concrete normen in de regelgeving heeft vervangen voor algemene principes.

Proces

De Aw is niet over één nacht ijs gegaan bij het opstellen van de beleidsregels. Om tot beleidsregels te komen heeft de Aw in 2020 participatiesessies gehouden met stakeholders uit de corporatiesector. Dat heeft mede geleid tot conceptbeleidsregels. Dit concept is medio 2021 voor consultatie gepubliceerd. De reacties daarop heeft de Aw verwerkt in de definitieve beleidsregels. Ook zijn de beleidsregels aan het ministerie van BZK voorgelegd voor een beleidstoets.

Rode draden beleidsregels

In de beleidsregels hanteert de Aw de volgende uitgangspunten aan de hand van de wettelijke algemene principes.

  • Verantwoord vertrouwen in de sector. De Aw ziet dat de sector goede stappen heeft gezet op het gebied van governance. De Aw wil daarom met de beleids­regels een volgende stap zetten door op onderdelen de verantwoording en motivering door de corporatie als uitgangspunt te nemen bij haar oordeelsvorming. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan de ­voordracht van de RvC voor een kandidaat-bestuurder of -commissaris in de G&B-zienswijzetoetsing;
  • Belang van de volkshuisvesting. In de Woningwet – en dus ook in de beleids­regels – is het uitgangspunt dat op lokaal niveau wordt bepaald wat in concrete gevallen van volkshuisvestelijk belang is. De Aw kan het belang van de volkshuisvesting betrekken bij haar besluiten.1 Uit deze beleidsregels blijkt dat de Aw uitgaat van de invulling die hieraan op lokaal niveau door ‘de driehoek’ wordt gegeven. Dit is overigens geen basis voor het door de Aw gewenste volkshuisvestelijk toezicht. De Aw heeft in 2019 al aangegeven dat zij het volkshuisvestelijk belang nadrukkelijker wil betrekken bij haar toezicht, bijvoorbeeld bij governance-inspecties. Vragen die de Aw daarbij aan bod wil laten komen zijn bijvoorbeeld: hoe vult een corporatie in de lokale context haar maatschappelijke opdracht ten aanzien van beschikbaarheid, betaalbaarheid en kwaliteit in en welke onderbouwing geeft zij voor haar beleidskeuzes? Er is de nodige discussie mogelijk over of de Woningwet de Aw hiertoe ook formeel de bevoegdheid geeft.
  • Lokaal maatwerk: In de beleidsregels is – waar mogelijk – de discretionaire ruimte benut om lokaal maatwerk mogelijk te maken.

In het vervolg van deze handreiking zullen we op verschillende plaatsen verwijzen naar de verdere inhoud van de beleidsregels van de Aw.

1: Art. 61lc Woningwet

 

Arrow-prev Arrow-next